5 september 2023

Overal op Tespelduyn, van het restaurant tot en met hole 9, kun je ze tegenkomen: Biefstukzwammen, de Braamsluiper, een Grijze haarmuts en de Gamma-uil. Geen gerechten van de chef of bijnamen van golfers, maar vier van de 999 soorten dieren en planten die leven op Landgoed Tespelduyn. In 2021 inventariseerde de afdeling Bollenstreek van de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging (KNNV) voor de derde keer de totale biodiversiteit op de terreinen van de golfbaan in Noordwijkerhout. “Met zoveel passie, mijn mond viel open,” zegt Peter Duivenvoorde, directeur van Tespelduyn.

Verbaasd
Zijn ouders waren al doordrongen van de noodzaak tot duurzaamheid, dus vanaf de oprichting in 2011 van Landgoed Tespelduyn zit het bij directeur Peter Duivenvoorde en zijn medewerkers in het DNA. “Niet voor onszelf, maar voor de generaties na ons.” Het Landgoed met golfbaan, restaurant en feest- en vergaderruimten, ligt in Noordwijkerhout op de grens tussen Keukenhof en het duingebied. Bij de start van Landgoed Tespelduyn heeft zijn familie “zeven hectare best bollenland teruggegeven aan de natuur”, waardoor er een natuurlijke verbinding met Landgoed Keukenhof werd gelegd.

Voor Duivenvoorde voelt het als een plicht om de internationale certificering van de Golf Environment Organisation (GEO) te verkrijgen, een keurmerk voor duurzaam beheer. Een van de vereisten is een natuurinventarisatie, die de afdeling Bollenstreek van de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging (KNNV) vanaf 2017 verzorgt.
Paul Venderbosch, KNNV-vrijwilliger en initiatiefnemer van de inventarisaties, herinnert het zich nog goed. “We liepen een eerste rondje over het terrein met Ro, de hoofdgreenkeeper. Wow, wat een divers gebied! Die greenkeepers zien ook alles, het zijn vakidioten. Er zijn watertjes, door de 23 meter hoge Terp heb je niveauverschillen, er zijn stukken oud duinbos, je weet niet wat je ziet – zoveel diverse biotopen, we waren echt verbaasd. We kregen genoeg vrijwilligers bij elkaar en zijn een keer per maand een inventarisatie gaan doen.” Dat gebeurde ook met inzet van wildcamera’s. Daar liet onder meer de boommarter zich zien.

Hoofd omlaag
Maud van der Veen, secretaris van de KNNV en inmiddels golfer bij Tespelduyn, vult aan: “Vanaf het begin hebben we de golfers geïnformeerd over wat die vreemde vogels op de baan gingen doen. We dragen felgekleurde hesjes om goed zichtbaar te zijn. Het is best spannend, je moet goed kijken waar de golfbal vandaan komt, dan roepen we: hoofd omlaag!”
Duivenvoorde was aanwezig bij de presentatie van de eerste resultaten in 2017. “Ik dacht, een paar vogels, maar dat was pas het begin. Toen kwamen de vlinders, de zoogdieren, de planten, de paddenstoelen. Mijn mond viel open, ze presenteerden met zo enorm veel passie.”

Die passie is ook bij Duivenvoorde zelf te vinden. Zijn bedrijf heeft drie duurzaamheidslabels. Naast de GEO-certificering ook het Good Planet Seal voor bedrijven aan de kust, en de Green Key Goud voor duurzame horeca- en recreatiebedrijven. Hij heeft periodiek overleg over de duurzaamheidsdoelen met zijn medewerkers en neemt de golfers in de communicatie mee in de bewustwording. Wat hem van het hart moet: “De overheid verplicht alle overheidsorganen om duurzaam in te kopen. Dat geldt ook voor de horeca en de locatie als je bijeenkomsten organiseert. Maar ik denk dat provincies en gemeenten zich daar niet goed bewust van zijn.”

Bedreigd
In het bijzondere gebied van Tespelduyn op de oude vuilnisbelt (“dat mag je niet meer zeggen, het is De Terp”) heeft de KNNV bij de laatste telling uit 2021 999 verschillende soorten geïdentificeerd. De Biefstukzwam is geen gerecht uit de restaurantkeuken, maar een van de 234 paddenstoelen. Een van de 89 vogels is de Braamsluiper, in 2021 voor het eerst waargenomen. De Grijze haarmuts is een van de 24 verschillende mossoorten en de Gamma-uil een nachtvlinder. Klik hier voor de hele lijst en het prettig leesbare inventarisatierapport.

Soorten waar je trots op kunt zijn en die je wilt behouden zijn ‘ambassadeurs’ volgens de KNNV. Een daarvan is de Patrijs. Deze vogel die graag op kleinschalig akkerland leeft, staat op de Rode Lijst en is dus ernstig bedreigd. In Tespelduyn hebben in 2019 en 2020 twee paartjes met succes gebroed. Een andere bijzondere en bedreigde soort is de Spechtinktzwam. Op plekken waar hij groeide is de grond met rust gelaten en deze paddenstoel heeft zich de laatste jaren in Tespelduyn flink uitgebreid, terwijl er in de rest van het land maar een paar groeiplekken bekend zijn. Hoezo Rode Lijst, vraagt de KNNV zich dan ook af.

De KNNV doet na elke inventarisatie aanbevelingen voor het natuurbeheer. Van der Veen, met een lach: “Onze aanbevelingen zijn altijd groter dan Peter aankan.” Duivenvoorde: “Er is vaak een conflict tussen de natuur en onze bedrijfsvoering. Waar het kan krijgt de natuur de ruimte, maar het golfen moet door kunnen gaan.” Van der Veen illustreert: “De Terp werd altijd heel goed gemaaid, waardoor de oosthelling heel droog was. Toen we adviseerden om de rechterkant niet meer te maaien, gingen er veel veldbloemen bloeien. Dat vonden de golfers erg leuk. Langzaam gingen we schuiven naar de linkerkant, maar als daar het gras hoger werd, raakte je wel soms je bal kwijt en dat kost punten.” Andere aanbevelingen waren het snoeihout te laten liggen voor meer nestelmogelijkheden en veldbloemperken aan te leggen voor de bestuivende insecten.

Tespelduyn gebruikt geen bestrijdingsmiddelen, een voorwaarde voor GEO-certificering. “Dat maakt het beheer duurder”, zegt Duivenvoorde. “Ons voordeel is dat we pas in 2011 begonnen zijn als golfbaan, dus we zijn relatief jong. We zijn op laag niveau begonnen en dan is het makkelijker om weer op nul uit te komen.”

Fan van NPHD
Het duurzaam en natuurvriendelijk beheer wordt breed gedragen in de golfclub. Van der Veen: “Al na een jaar werden we tijdens het inventariseren op de golfbaan herkend: ‘Hé, ben je er weer? Heb je dit al gezien?’” Op de Tespelduyn website, in de nieuwsbrief, maar ook tijdens natuurwandelingen die ze vier keer per jaar organiseren, leggen de KNNV-ers continu uit wat ze doen, wat ze niet doen, en waarom. Zo is er veel draagvlak ontstaan en werd het onderzoek steeds bekender. Sommige golfende vogelkenners houden nu actief lijstjes bij die ze delen met de KNNV.
Van der Veen zegt dat het inventariseren binnen de KNNV afdeling Bollenstreek de onderlinge kennis heeft vergroot. “Het was voor ons de eerste keer dat we zo’n inventarisatie gingen doen. Nu doen we dat ook op andere plaatsen in NPHD. Deze golfbaan is dus de ingang in natuuronderzoek geworden.” Over de andere inventarisaties lees je hier meer.

Duivenvoorde is blij met NPHD: “Superfijn dat het NPHD er is. Geef de natuur de ruimte en wees realistisch. Ik ben fan en ambassadeur. Het is zo’n fantastisch en tegelijk moeilijk gebied. Als we de erkenning van Nationaal Park krijgen, is er begrip. Daarmee krijgen we meer bezoekers. Het is belangrijk om daarover in de promotie goed te communiceren. Kom niet in Keukenhoftijd, want dan is het hier overvol. Maar in de zomer en de rest van het jaar is het niet druk.”

Nieuwsoverzicht

Andere nieuwsberichten

Nieuwsoverzicht